De mensen van de Europese Centrale Bank zitten met de handen in het haar. Wat ze ook doen, ze slagen er maar niet in om een beetje inflatie te krijgen. Een kat in het nauw doet rare sprongen en de afgelopen weken en maanden hebben we de ECB dan ook inderdaad rare zaken zien doen. De negatieve rentevoeten zijn inderdaad bedoeld om het streven naar inflatie concrete vorm te geven, zonder dat evenwel de kansen op succes gegarandeerd zijn. Want deflatie is momenteel de naam van de belangrijkste vijand waar de ECB mee de strijd heeft aangebonden.
Die deflatie geeft een luide klop op de Europese deur, zo stelt Luke Bartholomew van Aberdeen Asset Management. En laat nu deflatie nu net datgene zijn dat de ECB kan missen als kiespijn. Want in een deflatoire omgeving dalen de prijzen van alles en nog wat, met als neveneffect dat geld alsmaar meer effectieve waarde krijgt. Het probleem is echter dat ook de schulden in dat geval zwaarder gaan wegen. En omdat Europa de schulden als een molensteen om de nek meedraagt, moet de ECB alles op alles zetten om de deflatie de nek om te wringen.
Het belangrijkste probleem is momenteel ‘lowflation’, letterlijk vertaald inflatie die onder de verwachtingen van de ECB ligt. De inflatiedrempel van de centrale bank ligt op 2% en dat is misschien momenteel te hoog gegrepen. Maar op langere termijn kan het streven van Mario Draghi & Co misschien bewaarheid worden, in die zin zelfs dat we niet een beetje maar wel heel veel inflatie krijgen. Deflatie kan namelijk sneller dan verwacht omslaan in inflatie en zelfs in hyperinflatie. Een scenario waar tot dusver te weinig rekening mee werd gehouden.
Twee factoren kunnen de inflatie plots concrete vormen doen aannemen. Op de eerste plaats is er het helicoptergeld dat mogelijk op ons afkomt. Bij gebrek aan alternatieven kan de ECB ons overspoelen met gratis geld, zonder verder nog acht te slaan op het inflatiegevaar. In combinatie met opnieuw aantrekkende grondstoffenprijzen kan dan het allemaal snel beklonken zijn. Een lager aanbod aan commodities kan de prijzen doen stijgen, waardoor ook de lonen omhoog moeten. En we meteen vertrokken zijn voor een rondje hyperinflatie waar niemand op zit te wachten. De deflatoire nachtmerrie van de centrale banken kan zo een inflatoire nachtmerrie worden.