De cijfers spreken voor zichzelf: China heeft in de afgelopen 7 jaar meer dan 3000 ton goud gekocht. Het belang van deze hoeveelheid kan moeilijk onderschat worden, want alles moet gekaderd worden in het wereldwijde beschikbare aanbod aan goud. In totaal zou er wereldwijd ongeveer 35.000 ton goud in kluizen opgeslagen liggen. Dat is de hoeveelheid goud die in de loop van de eeuwen aan de oppervlakte werd gebracht. In sommige publicaties wordt in dat verband ook wel gesproken van ‘officieel goud’.
De Chinezen hebben met andere woorden op een relatief korte termijn periode iets minder dan 10% van de bestaande goudvoorraden opgekocht. Het kan nu wel best zijn dat ze van bling bling houden (iets wat ook effectief het geval is) maar het aankopen van goud op zo’n grote schaal heeft natuurlijk een onderliggende bedoeling. Alleen heeft China ons nooit verteld wat die bedoeling is. Wat maakt dat we gedwongen zijn om er naar te gissen. In ieder geval wil Beijing over zo goed mogelijke kaarten beschikken als het om de tafel gaat zitten voor een rondje pokeren.
De grote verschuiving in de beschikbare goudreserves laat inderdaad vermoeden dat er meer aan de hand is. De goudmarkt is weliswaar liquide maar anderzijds zijn de verhandelde volumes relatief gezien klein. Vandaar dat de Chinezen de lippen stijf op elkaar klemmen en niet in hun kaarten laten kijken. Want wanneer China die kaarten open en bloot op tafel legde, zou de goudprijs in een wip en een zucht fors hoger staan. Het opduiken van de Chinese kopers op de goudmarkt heeft namelijk wel degelijk een bedoeling.
China wil namelijk genoeg goud achter de hand hebben op het moment dat het wereldwijd financieel systeem zoals we dat nu kennen instort. Op dat moment zullen de kaarten op tafel gelegd worden. De landen met het meeste goud in de kluizen zullen namelijk het meeste inspraak hebben bij de totstandkoming van een nieuw financieel systeem. We durven zelfs nog een stapje verder te denken: misschien wordt de goudprijs bewust laag gehouden precies om de Chinezen de kans te bieden aan een aantrekkelijke prijs hun goudreserves verder op te bouwen. Met als ruil de afspraak om geen Amerikaanse staatsobligaties te dumpen, want dit zouden de VS in nauwe schoentjes kunnen brengen.