In theorie wordt de goudprijs zoals alle andere activa bepaald door de verhouding tussen vraag en aanbod. Meer vraag zou moeten leiden tot een hogere goudprijs, meer aanbod zou de goudprijs onder druk moeten zetten. We gebruiken hier met opzet de voorwaardelijke wijs, want in de praktijk wordt goud nog altijd geprijsd op de papieren goudmarkt. En die moet dus duidelijk onderscheiden worden van de fysieke. Manipulatie van de papieren goudmarkt kan de goudprijs kunstmatig laag houden gedurende een bepaalde periode.
Maar vroeg of laat zullen de wetten van vraag en aanbod toch weer opnieuw gaan spelen, want aan de manipulatie via de papieren goudmarkt zal vroeg of laat een einde komen. De verhouding tussen vraag en aanbod aan goud dreigt grondig verstoord te worden en dat betekent dat op langere termijn de goudprijs eigenlijk alleen maar kan stijgen. De globale goudproductie heeft een piek bereikt, zodat extra productie niet meer verwacht hoeft te worden. Aan de aanbodzijde hebben we dus een stabiele tot licht dalende trend.
Volgens Thomson Reuters GFMS zal de totale goudproductie dit jaar met 3% dalen, waarmee een einde zou komen aan een periode van 7 jaar van stijgende output. Tegen 2018 zou de productie wereldwijd met ongeveer 315 ton op jaarbasis afnemen. De reden daarvoor ligt voor de hand. In de periodes met een lage goudprijs hebben de mijnbouwgroepen hun productie teruggeschroefd. Veel projecten zijn uitgesteld of op de lange baan geschoven, beslissingen die op langere termijn het aanbod zullen drukken.
Dit scenario gaat uit van een toestand waarin alles op wieltjes verloopt. De mijnbouw is echter een business waarin van alles fout kan lopen. Kinross Gold Corporation heeft bijvoorbeeld de werkzaamheden in de Tasiast Mine in Mauritanië moeten stopzetten wegens politieke problemen. Daarmee dreigt de markt 6,20 ton aanbod aan goud mis te lopen. BMI Research publiceerde een rapport op basis van data afkomstig van de U.S. Geological Survey dat de bekende goudvoorraden in China in snel tempo uitgeput raken.