Jim Rickards is een naam die in de financiële wereld klinkt als een klok. De Amerikaan is vooral bekend vanwege zijn boeken “The Death of Money” en “Currency Wars.” Zijn nieuw boek heet de “The New Case for Gold” en is eens te meer spraakmakend. Het regent in de Angelsaksische wereld dan ook recensies over dit boek. We kunnen zodoende niet langs Ricards heenkijken, want hij geeft een frisse visie op de goudmarkt. Inderdaad, Rickards verwacht dat de goudprijs kan gaan stijgen en hij heeft goede redenen om dat te doen.
Een belangrijke factor wat goud betreft, is zonder meer China. Dit land koopt op grote schaal goud als bescherming tegen de inflatie. De Chinezen bezitten namelijk een enorme portefeuille aan Amerikaanse staatsobligaties en ze betrouwen het zaakje niet langer. Maar China is geen alleenstaand geval, centrale banken over de hele wereld kopen goud om hun valutareserves te diversifiëren. Dat brengt Ricards er toe om te spreken over een alternatieve goudstandaard. Die wordt door hem de ‘shadow gold standard’ gedoopt.
De beste manier om deze schaduwgoudstandaard te evalueren, is volgens hem het meten van de verhouding van de hoeveelheid goud die een bepaald land bezit ten opzichte van het Bruto Binnenlands Product (BBP). Op die manier is het mogelijk om een vergelijking te maken van de hoeveelheden goud in bezit van de verschillende centrale banken en weten we ook waar het echte centrum van de ‘goudmacht’ (Ricards spreekt zelf van ‘gold power’) zich bevindt. De grote winnaars zijn momenteel de 19 landen van de eurozone met een gold-to-GDP ratio van 4%.
En dat is niet zonder belang voor de verwachte toekomstige gebeurtenissen. Goud zal namelijk de wild card worden in de nieuwe globale crisis, daar is Ricards vast van overtuigd. Dat is dus ook doorgedrongen tot China, maar ook tot Rusland. Beide landen kopen in versneld tempo goud en versterken zo hun positie met het oog op een toekomstige wereldcrisis. De grote verliezers in het debat dreigen Japan en het Verenigd Koninkrijk te worden, beide landen hebben slechts een gold-to-GDP ratio van 0,70%.